dinsdag 25 september 2007

DE OPTIMIST

Elk weekeinde - in voorjaar, zomer en najaar - is er wel ergens iets te beleven. Vaak is dat iets dat een markt voor "antiquités", "brocante" of domweg "vide grenier" wordt genoemd. De aard van de markt wordt voornamelijk bepaald door de aard en omvang van de stad, het dorp of het gehucht. Zo zijn er echte chique overdekte antiekmarkten in Bordeaux en Toulouse waar spullen van hoge kwaliteit worden aangeboden. Daarnaast zijn er redelijk goede antiekmarkten in Agen, Villeneuve sur Lot, Cahors en Auvillar, brocante-markten in een groot aantal dorpen en moeten de kleine plaatsen het stellen met "vide greniers" in de open lucht waar vrijwel uitsluitend echte rommel te koop is.
Wij bezoeken die markten graag, al is het maar om die soms wat saaie zondagen door te komen. Bij voorbaat spreken wij echter af dat er niets gekocht gaat worden want wij hebben al een huis vol rommel. Alleen in het zeldzame geval dat wij iets uitzonderlijk leuks vinden gaan wij overleggen wat bij een eventuele aankoop (uiteraard afhankelijk van de prijs) aan spullen die wij al hebben naar de vuilnisbak of de "vide Grenier" verwezen kan worden.
Afgelopen zondag was het weer zover. Een "vide grenier" in La Sauvetat, niet ver hier vandaan. Een echte rommelmarkt. Eigenlijk is het jammer dat je daar je goede tijd aan besteedt. Er waren een paar fraaie oude aardewerk potten, maar die vonden wij te duur. Als er niets van je gading te vinden is dan hou je nog de mogelijkheid over om mensen te bekijken, vogels van diverse pluimage: zij die hun spullen aanbieden of die als potentiële koper een biedingenslag beginnen met de handelaar die € 2,00 vraagt voor een prul, waarna de koper vraagt of het niet voor € 1,50 kan. Soms ontmoet je er ook chique vrienden die een kraampje gehuurd hebben om hun overtollige spullen te verkopen; een leuke gewaarwording om hun daar in de functie van handelaar aan te treffen.
Eén van de professionele handelaren was een buitengewoon dikke man met een gigantische stierennek - ik schat hem op tenminste 150 kg - die op een minuscuul stoeltje zat. Hij had zijn handelswaar breed uitgestald en hij regeerde over "zijn" gebied als een dictatoriale koning, links en rechts vragen beantwoordend en over een prijs viel niet te onderhandelen. Toen ik wat dichterbij kwam zag ik dat hij in elk neusgat een doorzichtig slangetje had die achter zijn rug samankwamen en uiteindelijk uitmondden in een vele meters verderop verdekt opgestelde zuurstoffles. Naast die ene stond nog een tweede fles, kennelijk als reservevoorraad. Keurig afgeschermd door een fraai schild. In zijn linkermondhoek bungelde een sigaret van een bekend Frans merk die voor fraaie rookwolken zorgde. Met de slangetjes in zijn neus en de sigaret in de mond slaagde hij er toch in om vervaarlijk te hoesten.
Toen wij een kwartier later de markt afliepen in omgekeerde richting zat hij er nog steeds. Er lagen twee pakjes sigaretten en een doosje lucifers voor zijn voeten. Hij moet een onverbeterlijk optimist zijn.

Geen opmerkingen: